De kern van de doorsnede

From BK Wiki
Revision as of 12:50, 20 February 2012 by Ghobbelman (Talk | contribs)

(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)
Jump to: navigation, search

Plaatje6.jpg

Een centrisch geplaatste kracht veroorzaakt een gelijkmatig verdeelde spanning (figuur 1).
Als de kracht een kleine excentriciteit krijgt, komt er buigspanning bij, die een variërende spanning veroorzaakt. (figuur 2).
Als de excentriciteit groter word, komt de situatie dat aan de linkerkant de spanning nul wordt. (figuur 3). Dan is de buigtrekspanning gelijk aan de drukspanning door de normaalkracht.
Bij nog grotere excentriciteit treedt aan de linkerkant trekspanning op. (figuur 4)

In de situatie van figuur 3 is de buigtrekspanning Plaatje9.jpggelijk aan de spanning Formule1.jpg . Als het moment M gelijk is aan Plaatje10.jpg dan geldt voor de excentriciteit e dat Plaatje11.jpg. Bij een rechthoekige doorsnede met hoogte h en breedte b geldt:Plaatje12.jpg en Plaatje13.jpgen daaruit volgt dat Plaatje14.jpg.

Plaatje15.jpg

De conclusie hieruit is dat als de excentriciteit van een drukkracht op een rechthoekige doorsnede niet groter wordt danPlaatje14.jpg er overal in de doorsnede drukspanningen heersen. Dit geldt ook voor excentriciteit in de breedte van de doorsnede. Zo ontstaat een ruitvormig gebied in de doorsnede met afmetingen 1/3 h en 1/3 b (zie figuur 5), waarbinnen de drukkracht moet blijven om geen trekspanningen te veroorzaken.